De Vogelbescherming roept mensen op om speciaal op merels te letten tijdens de Nationale Tuinvogeltelling van 28, 29 & 30 januari 2022.
Er zijn steeds minder merels in Nederland en daarom is 2022 het Jaar van de Merel , waarin onderzocht wordt wat precies het probleem is. De Vogelbescherming maakt zich zorgen. In 2008 werden nog gemiddeld 3,7 merels per tuin geteld, maar vorig jaar waren het er gemiddeld nog maar twee.
De Vogelbescherming roept mensen daarom op om speciaal op merels te letten tijdens de Nationale Tuinvogeltelling van het komende weekeinde. Vogels tellen in de eigen achtertuin of op het balkon wordt steeds populairder. Vorig jaar deed een recordaantal van bijna 200.000 tellers mee. Ook het jaar daarvoor nam het aantal deelnemers al flink toe.
Zij zagen onder meer dat de grote bonte specht het goed doet. Koplopers zijn elk jaar de huismus, de koolmees en de pimpelmees. Wie mee wil doen aan de vogeltelling moet vrijdag, zaterdag of zondag een half uur vogels tellen in de eigen omgeving. Het resultaat kan genoteerd worden op Tuinvogeltelling.nl
. Wie niet alle vogels herkent kan kijken op de App Mijntuinvogeltelling.nl,
waar een soort via een foto of een vragenlijst wordt gedetermineerd.
De merel is niet voor niets één van de meeste populaire vogels. Maar sinds 2016 is een derde van alle merels verdwenen, terwijl er niet meer predatoren zijn gekomen. Het usutu-virus heeft er vast mee te maken, maar dat verklaart niet alles. Bezitters van een tuin kunnen de vogels op vijf manieren helpen, of in elk geval het leven gemakkelijker maken. Zo help je ze aan (natuurlijk) voedsel en aan veilige plekken om te rusten of te broeden. Tip 2, 3 en 4 zijn ook prima uitvoerbaar op het balkon.
1: Grasveldje
Merels zijn gek op wormen en die vinden ze in het gazon. In een echte mereltuin mag een klein grasveldje daarom niet ontbreken. Al zaai je maar een paar vierkante meter graszaad in, dan zijn ze al blij en is het territorium naar hun gevoel compleet. Houd het ’s zomers lekker nat met regen- of badwater, dan zijn de pieren makkelijker te pakken.
2. Klimplanten
Een klassieke nestelplek voor merels is een lekkere dichte klimop. De bladeren bieden bescherming tegen katten en andere rovers en de late bessen zijn welkom voedsel voor de ouders. Maar ook andere klimplanten zoals klimhortensia, klimroos, hop of wilde kamperfoelie weet de merel te waarderen.
3: Appels
Merels en andere lijsterachtigen houden van fruit en zijn best bereid om er ruzie om te maken. Leg een paar halve appels of peren voor ze op de grond in de tuin en strooi er wat rozijntjes bij. Vechten ze elkaar vervolgens de tuin uit? Maak dan een paar van dit soort voerplekken met flink wat ruimte ertussen.
4: Struiken met bessen
Struiken met bessen zoals de lijsterbes of vuurdoorn zijn niet alleen voor de merel, maar eigenlijk voor alle tuinvogels een must. Ze hebben alles: bloemen (met insecten) in het voorjaar, bessen in het najaar en het hele jaar door dichte (stekelige) plekken om te rusten of een nestje te bouwen.
5: Rommelhoekjes met bladeren
Ruim de tuin niet spik en span op, maar laat her en der in een paar rommelhoekjes wat bladeren en takken liggen. Of maak een composthoop. Kleine diertjes leven onder de bladeren en tussen de takken en dat maakt het voor de merel gemakkelijker om voedsel te vinden.
&t