De brandweer, veiligheidsregio’s en natuurorganisaties hebben de aanduiding voor de kans op natuurbranden vereenvoudigd. De vijf kleuren – lichtgroen, groen, geel, oranje en rood – die hiervoor werden gebruikt, worden geschrapt.
In plaats daarvan komen twee fasen om aan te geven of de kans op een natuurbrand groot is.
De brandweer en natuurorganisaties hebben hiertoe besloten omdat de verschillende codes verwarrend werkten. De termen als ‘code oranje’ of ‘code rood’ werden geregeld in verband gebracht met de weeralarmen van het KNMI. Het beeld ontstond dat het bij deze kleuren heel gevaarlijk zou zijn in de natuur en dat een bezoekje riskant zou kunnen zijn.
Fase 1 geldt bij een regulier risico. Mensen moeten dan voorzichtig zijn met vuur in de natuur. Bij fase 2 worden inwoners en recreanten gevraagd extra alert te zijn op het ontstaan van brand en in geval van een brand dit zo snel mogelijk te melden.
Hulpdiensten en natuurbeheerders voeren dan ook extra controles uit, zoals luchtsurveillance in sommige provincies.